Wijk Koenen
Könen ligt aan de linkerkant van de Saar, ongeveer 3 km van het stadscentrum en is het grootste deel van de stad met meer dan 2.313 inwoners. De woongemeenschap met aangrenzend industrie- en handelsgebied werd in documenten van 980 tot 1180 vermeld als Kona, later als Cone en Coene.
Archeologische vondsten wijzen echter zowel op een Romeinse als op een Keltische nederzetting.
Nadat Franse revolutionaire troepen de linkeroever van de Rijn in bezit namen, maakte de stad van 1798 tot 1814 (tot 1804) deel uit van de Franse Republiek en daarna van het Franse keizerrijk. Na de nederlaag van Napoleon werd Könen in 1815 onderdeel van het Koninkrijk Pruisen op basis van de afspraken die gemaakt waren op het Congres van Wenen. De plaats werd toegewezen aan het district Trier in het administratieve district Trier, dat in 1822 deel ging uitmaken van de nieuw gevormde Rijnprovincie.
Als gevolg van de Eerste Wereldoorlog behoorde de hele regio tot het Franse deel van de geallieerde bezetting van het Rijnland. Na de Tweede Wereldoorlog was Könen een van de gemeenschappen in de Franse bezettingszone die in februari 1946 bij het Saarland werd ingelijfd, maar in juni 1947 was het ook een van de plaatsen in de wijk Saarburg die werden geherstructureerd en onderdeel werden van de toen nieuw gevormde deelstaat Rijnland-Palts.
Op 7 november 1970 werd als onderdeel van de bestuurlijke hervorming in Rijnland-Palts de voorheen zelfstandige gemeente Könen, die toen 1.659 inwoners telde, bij de stad Konz gevoegd.
Heraldiek (Heraldiek)
Het wapen toont onder een blauwe schildkop, daarin een zilveren links hellende wolvenstaf, in zilver een blauwe druiventros met twee groene bladeren.
De links schuine wolfsengel in de schildkop is het wapen van Trier. vazallenfamilie Coenen, die teruggaat tot 1660-1677. Het zegel van Henrich Harthard Coenen op een document gedateerd 11 september 1660 toont een hart verticaal doorboord met een zwaard, daarachter een links hellende wolvenstaf. Omdat het hart en het zwaard blijkbaar verwijzen naar de voornaam Harthard, zijn deze symbolen behouden gebleven. De blauwe druif verwijst naar de wijnbouw van de gemeente.